De lente is in het land! Dit zijn 11 tips voor de start van het motorseizoen
Sjaal en muts ex, Buff en motorhelm in! De lente doet vandaag haar intrede in het land, en naast het getjilp van menig tjiftjaf maakt ook motorgeronk opnieuw deel uit van het dagelijkse omgevingsgeluid. Hier zijn 11 tips voor de start van het motorseizoen. Wie binnenkort voor het eerst sinds maanden zijn motor weer van stal haalt, overloopt best volgende punten.
1. Batterij
Als je de motor tijdens de wintermaanden niet gebruikt, dan demonteer je best de batterij en hang je die laatste aan een acculader (of druppellader) in een niet te koude en goed geventileerde ruimte. Zo voorkom je het ontladen en verleng je de levensduur aanzienlijk. Heb je dat niet gedaan, dan hang je de accu best een nachtje aan de lader vooraleer je de motor weer voor de eerste keer start. Controleer wel even of de kabels allemaal nog goed en veilig zijn aangesloten en of alle contactpunten schoon zijn. Is je batterij leeg en helpt een lader niet meer? Dan is ze kapot en moet ze vervangen worden.
2. Alle vloeistoffen
Idealiter ververs je de olie voor je de motor stalt in de winter. Is dat niet gebeurd, dan controleer je best het oliepeil voor de eerste start. Zorg ervoor dat je dezelfde olie gebruikt als de olie die al in het blok zit. Of vervang de olie, altijd een goed idee bij aanvang van het seizoen. Naast de motorolie moeten ook de andere vloeistoffen nagekeken en waar nodig bijgevuld worden. De belangrijkste zijn: remvloeistof, koelvloeistof, transmissieolie, hydraulische koppelingsvloeistof, en voorvork olie.
3. Benzine
Nog één vloeistof controleren voor je van start gaat: de benzine. Echt, het zou niet de eerste keer zijn dat er na de winter op pad gegaan wordt met een motor waarin maar een paar druppels meer zitten. Dat is hoe dan ook slecht. Je gooit best de tank helemaal vol vooraleer de motor te stallen. Op die manier verdampen er minder gassen uit de benzine en treedt er minder condensatie op. Dat laatste zorgt immers voor watervorming. Omdat water zwaarder is dan benzine zakt dat tot onderin de tank. Gevolg: bij een eerste start gaat er geen benzine maar water naar de carburatoren of injectoren en dat is geen goed recept voor een efficiënte verbranding.
4. Bougie(s)
Controleer de bougie(s) op vuil en schade. Mocht de bougie vuil of beschadigd zijn, vergang deze. Mocht je dit niet doen dan is de kans aanwezig dat je onderweg problemen krijgt en niet verder kan rijden.
5. Ketting (als je motor er een heeft…)
De ketting controleren doe je niet enkel na een winterstop, maar zeker één keer per maand. Ga na of de speling correct is en ga even met de spuitbus langs de ketting. Ga ook na hoe het met de tandwielen gesteld is. Als je beslist om de ketting te vervangen, vervang dan ook de tandwielen.
6. Bandendruk
Banden zijn je enige contactpunt met de weg en dat wil je zo houden. Je mag er zeker van zijn dat je banden druk verloren hebben tijdens de winterstop. Zorg voor een correcte spanning en ga na wat de bandenfabrikant aanraadt voor je motor en voor het type band waarvoor je koos. Met een bandendruk van 2.3 bar zit je nooit ver uit te buurt. Meet de spanning bij koude banden. Te lage druk zorgt voor slechte stuureigenschappen, minder grip, grotere slijtage,…
7. Lichten
Check of je lichten, knipperlichten en stoplicht nog goed werken. Ook de verlichting van het dashboard en mogelijk de verlichting van de nummerplaat kan in deze nog steeds korte dagen een rol spelen. Vervangen of laten vervangen is de boodschap bij een defect.
8. Bedieningselementen en remmen
Samen met de controle van de lichten, ga je ook na of alle bedieningselementen nog goed werken. Niet alleen de knoppen op de linker- en rechter stuurhelft, maar ook de remhendel(s), het rempedaal, het koppelingspedaal, het koppelingshendel, mogelijk de benzineklep, het hendeltje om het passagierszadel op te heffen, etc. Ga ook na of de remdruk nog ok is en check bij de eerste meters de werking van je remmen.
9. Motorkledij
Ga na of je kleding goed door de winter geraakt is. Afhankelijk van waar je je spullen opgeborgen hebt, kunnen bepaalde onderdelen verweerd of verstorven zijn. Of je kunt na het lekkere wintereten een paar kilo’s bijgekomen zijn. Misschien past die jas niet meer zo goed. Ze kan ook op mysterieuze wijze gekrompen zijn.
10. Poetsen die handel
Met een vuile motor op pad gaan is zoals naar de tandarts gaan nadat je een boterham met pindakaas gegeten hebt. Poetsen die handel dus. Of als je de motor gepoetst en ingeölied gestald hebt: stof er af halen en doen glimmen!
11. Defensief rijden
Niet alleen je motor heeft een tijd stil gestaan, ook jij bent misschien roestig in je technieken en reflexen. Neem de tijd om weer aan de motor en het verkeer te wennen. De snelheid waarmee je auto’s nadert, het afremmen, een andere weggebruiker die geen voorrang geeft… het zijn zaken die een motorrijder zo goed als bij elke rit meemaakt. Geef jezelf te tijd om weer te wennen aan het motorrijden en rijd zo defensief mogelijk. Je moet dat trouwens niet alleen tijdens de eerste rit(ten) van het jaar doen. Defensief rijden is altijd een goed idee.